Foto: Bram Fischler als oorlogsvluchteling in Portugal – © KD – Fonds A. Fischler
Bram Fischler (eigenlijk voluit Abraham) werd in de loop van zijn leven talloze malen geëerd voor zijn vele verdiensten, maar bovenal verdient hij erkenning voor zijn centrale rol in de totstandbrenging van het Kimberly-proces, een door de Verenigde Naties gesteunde inspanning om de handel in ruwe diamanten te beperken tot landen die zich aan strikte controles houden en zo te voorkomen dat diamanten worden gebruikt om burgeroorlogen te helpen financieren.
Fischler werd in 1925 in Polen geboren. Toen hij één jaar oud was, verhuisde zijn familie naar Antwerpen. Zijn vader trad al snel toe tot de lokale bloeiende diamantindustrie als diamanthandelaar en begon een familiedynastie die tot op de dag van vandaag voortduurt, bijna een eeuw later. In 1940, bij het begin van de Tweede Wereldoorlog en toen Nazi-Duitsland op het punt stond België te veroveren, liep Bram op 15-jarige leeftijd van huis weg. Hij liep, liftte en reed soms met de trein, op weg naar Portugal.
Dankzij zijn vloeiend Portugees, Duits, Frans, Vlaams en Jiddisch, vond Bram Fischler een baan op een schip dat naar Cuba voer, als vertaler tussen de bemanning en de passagiers van het schip. Doordat Havana ver verwijderd was van de oorlog die woedde in Europa en de Stille Oceaan, en door de vele vluchtelingen die de oorlog ontvluchtten, werd het een centrum voor het slijpen van diamanten.
Zijn bekendheid met de diamantwereld hielp Fischler, en bij zijn aankomst vond hij een baan in een slijperij in Havana, waar hij diamantslijper werd.
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog keerde hij terug naar Antwerpen en ontdekte dat zijn directe familie, zijn ouders en vijf broers en zussen, evenals veel van zijn uitgebreide familie, waren omgekomen in de Holocaust. Bram besloot uit de as te herrijzen, vond werk en besloot al snel zijn eigen diamantbedrijf op te richten. In 1953 werd samen met Aby en Cappi Fischler, twee weesneven die de Holocaust hadden overleefd, Fischler Diamonds Inc. opgericht.
De Fischlers, net als Antwerpen zelf, herrezen uit de puinhopen van de oorlog, en de lokale diamantindustrie begon te bloeien en werd het belangrijkste diamantcentrum ter wereld. In het midden van die heropleving, en met een centrale rol daarin, werd Fischler Diamonds een van de grootste Antwerpse diamantslijperijen en internationale handelsondernemingen. In 1967 werd het een zichthouder van De Beers, een van de weinige bedrijven die dankzij hun succesvolle handelspraktijken regelmatig ruwe diamanten toegewezen kregen. In 1980 breidde het bedrijf uit en opende het een kantoor in New York.
Fischler nam een actieve rol op zich in de openbare dienst van de Antwerpse diamantindustrie en later van de wereldwijde diamantindustrie. Hij was voorzitter van de Beurs Voor Diamanthandel, een van de vele diamantbeurzen die in Antwerpen actief zijn. In 1988 werd hij verkozen tot voorzitter van de Antwerpse Hoge Raad voor Diamant (HRD), de overkoepelende organisatie van de Belgische diamantsector, een functie die hij bekleedde tot 1992. In 1998 werd hij benoemd tot voorzitter van de Federatie van Belgische Diamantbeurzen, het overkoepelend orgaan van de vier Antwerpse diamantbeurzen. In 2000 werd hij verkozen tot voorzitter van de Wereldfederatie van Diamantbeurzen (WFDB), een organisatie die de diamantbeurzen van de wereld onder één dak verenigt en een gemeenschappelijke reeks handelspraktijken vastlegt voor beurzen die handelen in ruwe en geslepen diamant.
In zijn openbare functies trachtte Bram Fischler de diamantindustrie te bevorderen en tegelijkertijd haar tradities te verdedigen. In 1986 verdedigde Fischler, als voorzitter van de Antwerpse Beurs voor Diamanthandel, de aloude praktijken van de sector, zoals geheimhouding en het sluiten van een deal met een handdruk. In die tijd werd de sector opgeschrikt door illegale transacties op de zwarte markt.
Het was tijdens zijn ambtstermijn als voorzitter van de WFDB dat het Kimberleyproces tot stand kwam. De diamantindustrie heeft slechts de status van waarnemer in het systeem, waarvan de leden landen zijn, maar de diamantindustrie heeft een actieve rol gespeeld bij het opzetten en definiëren van het systeem. Fischler achtte het van essentieel belang dat de diamantindustrie een actieve rol speelde en een moreel standpunt innam, maar benadrukte dat diamanten niet de enige handelswaar zijn die door rebellen wordt verhandeld.
“Wapens, olie, hout en allerlei andere producten leveren veel grotere bedragen op dan diamanten ooit hebben gedaan, maar alleen wij hebben doortastend opgetreden,” zei hij in een toespraak tot leiders van de industrie. Ik geloof niet dat de wereld het recht heeft om nog eens met een beschuldigende vinger in onze richting te wijzen.
In 2002, een jaar voor zijn dood op 78-jarige leeftijd, werd Bram Fischler door koning Albert van België benoemd tot Officier in de Kroonorde als erkenning voor zijn bloeiende diamantcarrière en vele bijdragen aan de diamantgemeenschap en België in het algemeen.
Na zijn dood zetten zijn kinderen en andere familieleden de diamanttraditie van de familie voort. Brams oudste zoon Maurice Fischler werd in 2011 verkozen tot voorzitter van de Antwerpse Diamantbeurs. Stephane Fischler was voorzitter van het Antwerp World Diamond Center (AWDC) van 2012 tot 2018, toen hij in de rol van voorzitter van de World Diamond Council stapte.
“Mijn grootste prestatie in al mijn jaren in de industrie is mijn familienaam,” vertelde Bram ooit in een interview . “Het is een waar succes dat de familie samen is, zowel op het werk als overal elders. Een eervolle naam is iets beters dan geld.“